ik zat voor het raam kijkend naar wat allemaal voorbij ging verdriet ging voorbij en pijn geluk ging ook voorbij en verlangen (het was druk) ook dat ging voorbij evenals stress en boosheid hoop en tegenslag zelfs de liefde ging voorbij jij ging voorbij maar je weifelde wel even ik stond op bracht mijn lege kopje naar de keuken en zette de deur op een kier